Lagere overheden schrijven brandbrief vanwege stoppen van staatssteun
De coronasteun vanuit de overheid voor het landelijk openbaar vervoer mag niet zomaar stopgezet worden. Dat hebben lagere overheden, waaronder provincies en gemeenten, in een brandbrief aan het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat laten weten.
Sinds het begin van de coronapandemie zijn alle vervoersbedrijven financieel hard geraakt door de aanzienlijke terugname van het aantal reizigers. De coronasteun die uiteindelijk met regelmaat door de overheid werd uitgekeerd heeft de afgelopen twee jaar ervoor gezorgd dat de vervoerders gecompenseerd werden om het hoofd boven water te kunnen houden.
Staatssteun
In juni 2021 besloot de overheid om de staatssteun te verlengen tot 1 september 2022, waarbij er gesteld werd dat uiterlijk in het eerste kwartaal van dit jaar een besluit zou worden volgen voor de regeling van het laatste kwartaal in dit jaar. Echter hebben de ov-bedrijven laten weten dat ze het financieel nog niet zouden kunnen redden.
"Zonder rijkssteun moeten structurele en ingrijpende extra maatregelen worden genomen in het bestaande OV-systeem: schrappen van trein-, bus-, tram- en metrolijnen, verlagen van het sociaal veiligheidsniveau", schetsen de partijen.
Volgens de prognoses zal het aantal reizigers pas in 2025 weer op het oude niveau zitten als voor de coronacrisis waardoor de vervoerders zelf weer het hoofd boven water kunnen houden. Mochten de inkomsten sneller aantrekken dan verwacht, dan zou de staatssteun ook versoepeld of geschrapt kunnen worden.