De Franse vervoerder SNCF is van plan om vanaf 2026 dagelijks 13 retourritten in Italië te introduceren. Hierbij wordt er gestreefd naar een aandeel van 15 procent in de Italiaanse hogesnelheidstreinmarkt, die momenteel wordt gedomineerd door Trenitalia en Italo.

De uiteindelijke bedoeling is om belangrijke steden als Milaan, Napels, Rome en Turijn met elkaar verbinden, en een aparte route tussen Turijn en Venetië.

Christophe Fanichet, CEO van SNCF Voyageurs, maakte bekend dat het bedrijf toestemming heeft gevraagd aan Rete Ferroviaria Italiana (RFI) om zijn TGV's in Italië te mogen laten rijden. De voorgestelde diensten zullen worden beheerd door SNCF Voyageurs Italy, de exploitant van de huidige TGV-route tussen Parijs en Milaan.

Mogelijke inzet van TGV-M

De strategie van de SNCF omvat de inzet van 15 nieuwe dubbeldekkertreinstellen, die speciaal ontworpen zijn voor inzet op het Italiaanse spoor. Met deze eisen lijkt het erop dat ze de TGV-M bedoelen die momenteel door Alstom ontwikkeld wordt.

De Franse vervoerder verwacht dat lagere gebruikstarieven voor het spoor in Italië ongeveer 30 procent goedkoper zijn dan in Frankrijk. Hiermee zou de spoorlijn in tien jaar winstgevend moeten zijn. Het bredere doel van de SNCF is om tegen 2030 jaarlijks 10 miljoen passagiers in Italië te vervoeren, wat bijdraagt ​​aan de doelstelling van 50 miljoen internationale passagiers tegen datzelfde jaar.

Uitbreiding op Europese markt

Deze uitbreiding maakt deel uit van de inspanningen van de SNCF om haar aanwezigheid op de Europese hogesnelheidsspoorwegmarkt, waar zij momenteel in negen landen actief is, te vergroten. Het bedrijf ziet een aanzienlijk mogelijkheid om in Italië te kunnen groeien, ondanks dat het de concurrentie aangaat met de lokale vervoersbedrijven Trenitalia en Italo.