Stijging van aantal treinreizende vakantiegangers naar buitenland
Het aantal mensen dat per trein op vakantie gaat naar het buitenland is in 2019 met 27 procent gestegen. Dat blijkt uit cijfers van het ContinuVakantieOnderzoek van NBTC-NIPO.
In totaal zijn volgens de onderzoekers 837.000 reizigers met de trein op vakantie gegaan. In 2018 waren dat er nog 659.000. In absolute cijfers in vergelijking met de auto en het vliegtuig blijft dit weinig: zo waren er 10 miljoen vliegvakanties en bijna tien miljoen autovakanties. De trein heeft totaal volgens de onderzoekers een marktaandeel van 4%, in 2018 was dat nog 3%.
Groei vliegtuig in absolute cijfers groter
In 2019 was er veel aandacht voor de internationale trein. Dat heeft waarschijnlijk bijgedragen aan de sterke groei. In totaal stapte 178.000 extra vakantiegangers in de internationale trein. Maar van vliegschaamte is geen sprake: de groei bij het vliegtuig is in absolute cijfers nog hoger: een groei van 274.000 vakantiegangers.
Auto grootste concurrent voor trein
Bij buitenlandse vakanties zijn er voor het eerst meer mensen gevlogen dan met de auto gegaan. Het vliegtuig is dus het meest populair als middel om op vakantie mee te gaan. Vooral verre reizen zijn populairder geworden. In vergelijkingen wordt het vliegtuig vaak vergeleken met de trein. De belangrijkste concurrent voor de trein is echter de auto. Immers, de trein kan vooral een rol spelen naar bestemmingen in bijvoorbeeld Duitsland, België en Frankrijk. Naar die landen wordt het vaakst voor de auto gekozen.
Groei ook in 2020 verwacht
NS International maakte eerder bekend dat het 13 procent meer internationale treinkaartjes heeft verkocht. De verwachting is dat die groei ook komend jaar zal doorzetten: de Eurostar naar Londen moet gaan rijden en eind 2020 wordt ook de NightJet naar Wenen en Innsbruck gelanceerd.
Foto: NightJet
Bron: Treinreiziger.nl