De museum-stoomtram tussen Hoorn en Medemblik zal in februari een proef doen met biokool en plaats van steenkool. Met deze manier van 'groene stoom' wil het museum het heden en verleden dichter bij elkaar brengen en duurzamer rijden. Het gebruik van de nieuwe brandstof is een primeur voor Europa.

Het gebruik van steenkool is al jaren de traditionele brandstof voor stoomtreinen. Echter staat deze brandstof de laatste jaren vanuit milieuoverwegingen onder steeds grotere druk. Om een oplossing te zoeken in duurzame brandstoffen sloegen het stoomtrammuseum, ECN, Ontwikkelingsbedrijf Noord-Holland Noord en New Energy Coalition de handen ineen om op zoek te gaan naar een mogelijk verantwoord alternatief. De kosten hiervan zijn betaald door de gemeenten Hoorn en Medemblik.

Biokool

Het gezamenlijke onderzoek leidde uiteindelijk naar biokool, samengeperst hout of biomassa. Dit product vertoont sterke gelijkenis met steenkool, maar zonder dat er allerlei schadelijke stoffen vrijkomen bij verbranding zoals stikstof en zwavelverbindingen. Het kan met behulp van kleine aanpassingen in de stoomtram gebruikt worden. In februari zal de nieuwe brandstof worden uitgetest tijdens een proefrit tussen Hoorn en Wognum.

Van den Broeke is erg blij met het resultaat: "De beleving blijft in tact. De stoker gooit kolen op het vuur en de dampen komen uit de schoorsteen. Verder testen en onderzoek zal onder meer moeten uitwijzen of biokool toepasbaar is voor meer ritten met stoomlocomotieven in Nederland en daarbuiten".

Milieubewust

Met museum ziet zichzelf verantwoordelijk als een milieubewuste organisatie. In 2019 vervoerde het museum 166.000 reizigers. "We voelen een verantwoordelijkheid om het groeiende milieubewustzijn op onszelf te betrekken en dat ook naar buiten toe verder uit te dragen", vertelt museumdirecteur René van den Broeke.

Stoomlocomotief 5 bij vertrek vanuit Wognum-Nibbixwoud richting Hoorn. (Foto: Martin Vuiks)