NS: "Geen aanleiding om eerste klas voor alle treinreizigers open te stellen"
De Tweede Kamer heeft deze week een motie aangenomen waarin de regering wordt verzocht in gesprek met vervoerders te gaan over de openstelling van de eerste klas voor alle reizigers. Omdat er in deze periode minder mensen met de trein reizen, en de NS ook minder treinen inzet is er op sommige trajecten sprake van extreme drukte.
De motie is geschreven door Cem Laçin (SP) en Mustafa Amhaouch (CDA). Zij stelden voor dat alle reizigers in de eerste klas kunnen zitten op 'zeer drukke momenten waarbij de veiligheid in het geding is'. Dat zou niet alleen zorgen voor meer ruimte tijdens piekmomenten, maar de trein ook aantrekkelijker maken in coronatijd. "Bijzondere tijden vragen om bijzondere maatregelen", stelde Amhaouch vorige week op Twitter.
NS: 'Niet nodig'
Hoewel de motie bijval kreeg van van andere Kamerleden geeft de NS aan dat een dergelijke maatregel momenteel niet nodig is. "In onze beleving is er voldoende ruimte in de treinen”, zegt woordvoerder Oscar van Elferen. Volgens hem is er momenteel sprake van 30 procent aan bezetting in de treinen waarbij er op dit moment 90 procent van de treinen ingezet worden. Wel erkent hij dat er met in bepaalde gevallen sprake is van overvolle treinen, maar dat 'het om incidenten gaat'. Hij wijst erop dat reizigers er voor kunnen kiezen om een trein eerder of later te pakken als ze zien dat het druk is.
Van Veldhoven: 'Geen aanleiding'
Ook Staatssecretaris van Veldhoven ziet geen aanleiding om in te grijpen, en gaat in de reactie van NS mee. Ze stelt hierin dat het openstellen van de eerste klas een keuze van de vervoerder is, maar volgens haar geven de cijfers hier geen aanleiding toe. "Van half oktober tot half november was 0,03 procent van de NS-treinen voor meer dan 80 procent bezet", aldus de staatssecretaris. "Dit betreft circa 28 van de 29.645 treinen, gelijk verdeeld over de ochtendspits, avondspits en dal."