Sinds de invoering van de mondkapjesplicht in het openbaar vervoer op 1 juni vorig jaar zijn er 11.600 boetes uitgedeeld aan mensen die zich niet aan deze maatregel hielden. Ook zijn er 5.600 incidenten gemeld waarbij OV-personeel uitgescholden werd of bespuugd werd.

De cijfers zijn door de NOS opgevraagd via een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur (WOB). De kosten voor het niet dragen van een mondkapjes kost 95 euro. Treinpersoneel die als buitengewoon opsporingsambtenaren (boa's) actief zijn zullen in eerste instante eerst de overtredende reiziger moeten waarschuwen en pas bij herhaling een boete uitdelen.

Handhaving

Er is echter veel discussie over de handhaving van deze maatregel geweest, schrijft de NOS. Zo weigerde de politie op te treden tegen mensen die geen mondkapje droegen. Om deze reden was er onduidelijkheid over hoe de regel gehandhaafd werd

Bovendien waren juristen het er niet over eens in welke wet de mondkapjesplicht opgenomen moest worden. In het geval van de Wet personenvervoer konden alleen boa's optreden. Als de verplichting zou werd opgenomen in de coronanoodverordeningen wat later de coronanoodwet werd, zouden ook agenten kunnen handhaven.

Ferd Grapperhuis, Minister van Justitie maakte vorig jaar een duidelijk punt: De mondkapjesplicht valt onder de coronanoodverordening, maar de boa's handhaven of de maatregel wordt opgevolgd. Wel kan de politie worden ingeroepen indien de situatie escaleert. Dit is al enkele keren tijdens de mondkapjes-periode gebeurt. Tegen over NOS kon de politie niet vertellen hoevaak dit gebeurd is.