De provincie Zuid-Holland heeft zich kritisch uitgelaten over het hoge aantal ritten dat uitvalt met de bussen en op treinen. Hoewel het aantal reizigers sinds na de coronacrisis is teruggekeerd, is het aantal nog lang niet gelijk als eerst.

De eerste vijf maanden van dit jaar hebben zo'n zeven miljoen mensen in het noordelijke deel van de provincie, waarin de regio's Alphen en Gouda liggen, de bus genomen, meldt het AD. Dit aantal ligt bijna twee miljoen lager dan het aantal passagiers in dezelfde periode van 2019, vóór de uitbraak van de coronacrisis. Ondanks deze daling is de provincie echter optimistisch over de recente ontwikkelingen en ziet het aantal de goede kant op gaan.

Uitval

Provinciebestuurder Frederik Zevenbergen heeft zich kritisch uitgelaten om de ‘verwijtbare’ uitval van busritten. Volgens de norm mag slechts 1 op de 400 ritten om bepaalde redenen uitvallen. Zodra vervoerder Arriva deze norm (flink) overschrijdt, ontvangt het minder geld van de provincie. In april heeft Arriva echter zesmaal boven deze norm gepresteerd.

In een brief aan Provinciale Staten meldt Zevenbergen verder dat de uitval van treinen op het traject Alphen-Gouda zich op een relatief hoog niveau bevindt. In mei was 2 procent van de ritten 'verwijtbaar' uitgevallen. Eind vorig jaar lag dit percentage zelfs op 4 procent van alle ritten. De provincie benadrukt dat niet-gereden ritten niet worden vergoed.Zevenbergen heeft aangegeven begrip voor schaarste te hebben, maar ziet graag verbetering, Als voorbeeld noemt hij de mogelijkheid om chauffeurs uit het buitenland te halen, waarbij de provincie Zuid-Holland daaraan wilt meebetalen.