De provincie Limburg heeft besloten om vervoerbedrijf Arriva een boete van ruim 900.000 euro op te leggen. Dit besluit is genomen omdat in 2022 te veel trein- en busritten uitvielen of niet volgens de dienstregeling werden gereden. De provincie vindt dat de dienstverlening ernstig te wensen overliet, wat voor veel reizigers tot ongemak heeft geleid.

Hoewel de provincie begrip heeft voor de uitdagingen waarmee Arriva te maken had, zoals het personeelstekort en het verminderde aantal reizigers na de coronapandemie, acht zij de impact op de reizigers te groot om geen maatregelen te nemen. Gedeputeerde Jasper Kuntzelaers, verantwoordelijk voor mobiliteit, benadrukt dat de nasleep van de pandemie niet voldoende is om de uitval van ritten te rechtvaardigen. De provincie acht de boete daarom passend om de kwaliteit van het openbaar vervoer te waarborgen.

Het is nog niet duidelijk hoe de boete geïnd zal worden. Kuntzelaers heeft aangegeven dat hij wil dat het geld op een manier wordt ingezet die ten goede komt aan de reizigers of om het openbaar vervoer in Limburg te verbeteren. De provincie gaat hierover nog in gesprek met Arriva om tot een passende oplossing te komen.