Spoorherstel van HSL vertraagd tot in 2027

Het herstel van het viaduct van de HSL hogesnelheidslijn bij het Zuid-Hollandse Rijpwetering duurt langer dan verwacht. Staatssecretaris Chris Jansen (Openbaar Vervoer, PVV) schrijft in een brief aan de Tweede Kamer dat de werkzaamheden pas in de loop van 2027 kunnen plaatsvinden.
Eerder werd uitgegaan van eind 2026 en daarvoor zelfs van 2025. De vertraging komt door de complexiteit van de problemen en de hoge veiligheidseisen.
Constructiefouten
Bij tien viaducten van de HSL zijn constructiefouten vastgesteld, en het viaduct bij Rijpwetering heeft daarnaast te maken met een verzakkende ondergrond. Sinds 2009 is het spoor daar al acht centimeter verschoven. Hierdoor mochten treinen lange tijd niet harder dan 80 kilometer per uur rijden, terwijl de geplande snelheid 300 kilometer per uur is. Sinds december is de maximumsnelheid verhoogd naar 120 kilometer per uur, wat volgens Jansen een belangrijke verbetering is voor reizigers.
Onduidelijkheid
Hoe lang de herstelwerkzaamheden bij de overige negen viaducten gaan duren, is nog onduidelijk. De problemen spelen op meerdere plekken, waaronder Rijpwetering, Schuilingervliet, Westrik en Oude Terp, door problemen met de ondergrond. ProRail werkt op dit moment aan een planning en verwacht deze volgend jaar af te ronden. De complexiteit van het werk en de strenge veiligheidsnormen maken het moeilijk om een exacte tijdlijn vast te stellen.
De staatssecretaris benadrukt dat veiligheid vooropstaat en dat zorgvuldigheid noodzakelijk is bij de hersteloperatie. De situatie op het traject wordt nauwlettend in de gaten gehouden, terwijl ProRail en andere betrokken partijen werken aan een oplossing.
ProRail: Geen tegenvaller
ProRail stelt dat de vertraging niet het gevolg is van een onverwachte tegenvaller, maar dat de planning nu concreter wordt. "We hebben altijd gezegd ‘ten minste," legt woordvoerder Martijn de Graaf uit, en geeft aan dat het lastig is om een precieze prognose te geven. Hij benadrukt dat 2027 geen definitieve belofte is, maar een inschatting op basis van de huidige inzichten.