"Trein moet vliegtuig op korte trajecten vervangen"
Op korte trajecten binnen Europa zou er geen vliegtuig meer moeten opstijgen, maar zou het aantrekkelijk en vanzelfsprekend moeten zijn om de trein te pakken. Om reizigers over de streep te trekken, gaan Europese spoorwegen het internationale treinverkeer sneller, makkelijker en goedkoper maken.Deze strategie is donderdag naar buiten gebracht door brancheorganisatie European Rail Infrastructure Managers (EIM), waarvan ProRail-topman Pier Eringa de nieuwe voorzitter is.
Volgens hem is de trein aantrekkelijker en sneller dan het vliegtuig. Onder meer omdat een trein aankomt in het hart van een stad, omslachtige veiligheid-checks achterwege blijven en omdat reizen met de trein comfortabeler is, stelt hij. Topman Pier Eringa zegt in de Telegraaf ook werk te maken van de Europese ambitie. Hij wijst in een interview met de Telegraaf erop dat de paspoort- en veiligheidscontroles voor de Eurostar straks in Nederland gebeuren. Reizigers kunnen daardoor straks ongestoord het hele traject naar Londen reizen.
Afstemming
Elmer van Buuren van Train2EU is het met Eringa eens. Hij wijst erop dat spoorbeheerders een belangrijke rol kunnen vervullen om de trein binnen Europa aantrekkelijker te maken. “Let bijvoorbeeld bij afstemming van dienstregelingen niet alleen op de grenstijden, maar ook op de overstaptijden. Stel dat de trein naar Keulen 20 minuten sneller wordt, moet het niet zo zijn dat je vervolgens 20 minuten langer op je aansluitende trein moet wachten”.
Gebruiksvergoeding
De internationale trein heeft moeite om te concurreren met low cost airlines. Voordeel van luchtvaartmaatschappijen is dat er geenaccijns op kerosine wordt geheven, terwijl spoorwegmaatschappijen wel btw op elektriciteit moeten betalen. Volgens Van Buuren zijn er mogelijkheden om de tarieven ook bij de trein te verlagen. “De spoorbeheerders kunnen niet zoveel doen aan de voordelen voor de luchtvaart, maar zij kunnen wel lobbyen voor voordelen voor het spoor. Bijvoorbeeld dat over stroom voor treinen geen btw geheven meer wordt.” Ook kunnen spoorbeheerders de gebruikersvergoeding verlagen. De overheid moet dan gemiste inkomsten compenseren. “Als de politiek serieus werk zou willen maken van schoner vervoer, zouden ze daar achter moeten staan” legt hij uit.
Sneller en vaker
Van Buuren is er van overtuigd als dit soort maatregelen genomen worden, de internationale trein vanzelf terrein gaan winnen. Hij denkt bijvoorbeeld aan een snelle uurlijkse verbinding met Keulen. “Dan moet de dienstregeling niet zo slecht zijn als van Amsterdam naar Brussel. Daar kan een half uur vanaf. Zelfs zonder hogesnelheidslijn”. Hij wijst erop dat de trein Amsterdam – Brussel er een aantal jaar terug 2 uur en 50 minuten over deed, en dat de reistijd inmiddels een half uur langer is geworden. “Eigenlijk moet je als eerste de internationale treinen op elkaar afstemmen, en dan pas de binnenlandse treinen. Dat gebeurt nu meestal andersom” legt van Buuren uit.
Een Thalys-trein in Rotterdam Centraal.
Foto: Rob Dammers (Flickr; Creative Commons)
Bron: Treinreiziger