De NS wil voor de komende twee jaar de lonen van haar werknemers bevriezen. Dit is een onderdeel van de plannen om het bedrijf het hoofd te bieden na teruggelopen inkomsten die er ontstaan zijn vanwege de Coronacrisis. Met de maatregel hoopt het spoorbedrijf gewongen ontslagen te voorkomen.

Met de bonden wil NS komen tot een allesomvattend ‘werkgelegenheidspact’ om het hoofd te bieden aan de coronacrisis. Al eerer lieten ze weten dat zij financieel hard getroffen zijn door de crisis, en met name omdat veel reizigers momenteel thuiswerken. Naar verwachting zullen tot 2025 minder mensen de trein nemen.

Voorstellen

Eind juni maakte de NS al bekend dat er de komende jaren 2300 arbeidsplaatsen zullen verdwijnen, wat 13 procent van de totale banen is. Vanwege het coronavirus verwacht de vervoerder in vijf jaar tijd een verlies van 4,7 miljard euro. Met de bezuiniging in de arbeidsplaatsen moet uiteindelijk 1,4 miljard euro worden bespaard.

In de voorstellen die op tafel liggen doet het bedrijf de belofte om gedwongen ontslagen te vermijden, in ruil voor ‘flexibiliteit’ van het personeel. Tot 2025 zullen er ongeveer 2500 medewerkers met pensioen gaan. Mensen met een vast contract zullen deze behouden, maar zullen mogelijk worden omgeschoold. Ook kunnen sommige werknemers van standplaats veranderen, of zullen zij andere taken gaan uitvoeren. Op stations wil het spoorwegbedrijf bezuinigen op de inzet van servicemedewerkers. Daarnaast zullen nieuwe treinen minder onderhoud nodig hebben doordat zij geautomatiseerd zijn, waarbij er ook op werkplaatspersoneel kan worden bezuinigd.

De gevolgen zullen bij het rijdend personeel meevallen. De vervoerder wil niet alle 550 hoofdconducteurs die de komende jaren met pensioen gaan vervangen. Daarnaast verwachten ze dat er de komende jaren 700 tot 800 nieuwe machinisten nodig zijn.