Regionale vervoerders zoals Arriva, Connexxion, Syntus en Veolia zijn in 2014 terecht buiten de aanbesteding van de HSL-Zuid gehouden. Dat is donderdag bepaald Het College van Beroep in een zaak die was aangespannen tegen staatssecretaris Sharon Dijksma (Infrastructuur en Milieu).

De rechter was van oordeel dat personenvervoer zonder openbare aanbesteding aan de NS mocht worden gegund omdat dat het voordeligste was en de reiziger geen belang heeft bij de opsplitsing van het hoofdrailnet, aldus de uitspraak.

De hogesnelheidslijn tussen Amsterdam en Brussel wordt sinds het Fyra-debacle in 2012 nog steeds niet volgens plan benut. De Fyra hogesnelheidstrein die toen al had moeten rijden bleek in dat jaar voor veel defecten en problemen te zorgen dat de NS de trein weer terug naar de Italiaanse fabrikant stuurde en na een lange juridische strijd de koop van de treinstellen ontbond.

Desondanks werd het vervoer op de snelle lijn eind 2014 voor tien jaar wederom gegund aan de NS, die er inmiddels met gerevisieerde rijtuigen en TRAXX-locomotieven een treindienst rijdt met maximaal 160 kilometer per uur. De regionale vervoerders zijn van mening dat de NS wordt voorgetrokken in deze aanbesteding.

De staatssecretaris zou volgens de rechter terecht bepaald hebben dat het HSL-spoor deel uitmaakt van het hoofdrailnet, welke onstaat door het verlies op onrendabele spoorlijnen te compenseren met winstgevende spoorlijnen.

"Ik ben blij dat de rechter oordeelt dat de manier waarop het personenvervoer over de hogesnelheidslijn nu aan NS is gegund niet alleen rechtmatig is, maar ook het meest voordelig en bovendien in het belang van de reiziger", reageerde Dijksma.